(ook: sociale gezondheidszorg), gezondheidszorg uitgaande van organisaties en diensten ten behoeve van individuen en groepen in de maatschappij. De maatschappelijke gezondheidszorg is te verdelen in algemene en (ambulante) geestelijke gezondheidszorg.
De activiteiten zijn preventief en curatief van aard, en worden uitgevoerd ten dele door overheidsdiensten (openbare gezondheidszorg) en ten dele door particuliere instellingen. In Nederland omvat dit o.a. de Gemeentelijke Geneeskundige en/of Gezondheidsdiensten, de districtsgezondheidsdiensten en de schoolgeneeskundige diensten. De particulier georganiseerde algemene maatschappelijke gezondheidszorg omvat o.a. de kruisverenigingen, de tbc-verenigingen en de bedrijfsgeneeskundige diensten. De (ambulante) geestelijke gezondheidszorg omvat een groot aantal diensten en bureaus. De maatschappelijke gezondheidszorg kan ook ingedeeld worden naar leeftijdsgroepen (prenatale zorg, verloskundige zorg, kraamzorg, kinderhygiëne, schoolgezondheidszorg), naar bepaalde bevolkingsgroepen (werknemers in bedrijven, gezinsverzorging), zorg met betrekking tot gehandicapten, en zorg met betrekking tot bepaalde ziekten (kanker, reuma, suikerziekte, alcoholisme, druggebruik enz.) waarop deze zorg in het bijzonder gericht is.
LITT. P.Muntendam, Leerboek voor maatschappelijke gezondheidszorg (1967); R.J.van Zonneveld (red.), Sociale geneeskunde (1972); S.Santema, Georganiseerde maatschappelijke gezondheidszorg (1976).
In België is de maatschappelijke gezondheidszorg nagenoeg opgebouwd zoals in Nederland. Het betreft privé-initiatief, gesubsidieerd door het rijk. Bepaalde aspecten van de maatschappelijke gezondheidszorg berusten op wettelijke verplichtingen (medisch schooltoezicht, bedrijfsgeneeskunde), andere zijn volkomen vrij (moederen kindzorg, gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg; hulp aan kanker-, tuberculose-of diabetespatiënten). Een school voor maatschappelijke gezondheidszorg is een bijzondere afdeling van de geneeskundige faculteit, die zich toelegt op de postgraduale opleiding van artsen die in de maatschappelijke gezondheidszorg werkzaam zijn.
