Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

maagsap

betekenis & definitie

o., een door de klieren in het maagslijmvlies afgescheiden vloeistof, die sterk zuur reageert door een hoge zoutzuurconcentratie.

Het maagsap bevat naast het zoutzuur (HCl) ook keukenzout (NaCl) en het eiwitsplitsende enzym pepsine. Dit enzym wordt door de fundusklieren van de maag afgescheiden als pepsinogeen, dat door het HCl wordt geactiveerd tot het werkzame pepsine. Pepsine splitst eiwitten in zgn. albumosen en peptonen (polypeptyden met een moleculair gewicht van 600-3000). In het maagsap is ook een maaglipase en een chymosine aanwezig. Het maaglipase splitst geëmulgeerd vet van b.v. melk of ei in vetzuren en glycerol. Het leb zet het in melk aanwezige caseïne om in onoplosbare paracaseïne, waardoor de melk langer in de maag kan verblijven.

Beide laatstgenoemde enzymen komen speciaal voor in het maagsap van jonge zoogdieren. De lage pH van het maagsap is ook van belang om binnendringen van bacteriën via de maag te verhinderen. Onderzoek van maagsap kan belangrijke aanwijzingen geven over het bestaan van maagziekten. autodigestie.

< >