Chinees litteratuurcriticus, *ca. 465 Tjing-kow, ♱523 Nanking. Lioe Siè groeide op in een boeddhistisch klooster.
Na 502 vervulde hij enige ambtelijke posten. Lioe Siès hoofdwerk, waarin geen spoor van zijn boeddhisme is te vinden, is de Wen-sin tiau-loeng (Litteratuur en gekunsteldheid). In de eerste 25 secties behandelt hij de verschillende litteraire genres: hun oorsprong, eigenschappen en beoefenaren. In de tweede 25 secties behandelt hij algemene zaken als stijl en thema, waarbij hij steeds een evenwicht bepleit tussen onderwerp en vorm, inspiratie en taalvaardigheid, originaliteit en begrijpelijkheid. Lioe Siès werk is een briljante synthese van de discussie over litteratuur in de 3e-5e eeuw; als systematische verhandeling over alle aspecten van de Chinese litteratuur bleef het tot in de 20e eeuw uniek. Uitgave: The literary mind and the carving of dragons, door V.Y.Shih (1959).
