bw. en bn.,
I.bw., 1. op kleine, kleinzielige wijze; 2. zwakjes; schuchter, deemoedig; zich klein makend: — in elkaar gedoken;
II. predik, bn., 1. klein en zwak, gering: zich — voelen; 2. peuterig, petieterig.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: