v./m. (kerven),
1. (ook: keep), insnijding met een mes enz. in iets hards aangebracht, m.n. als merkteken; vandaar de zegsw. dat gaat uit of buiten de —, het gaat te ver;
2. het kerven van tabak en vandaar: tabak om te kerven, kerfgoed;
3. kerfbank;
4. (gew.) kerfstok: iets op de kopen, halen, op de pof, op krediet.