Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

heerlijk

betekenis & definitie

bn. en bw. (-er, -st),

1. luisterrijk, prachtig, kostelijk;
2. verheven door luister of macht: o Heer, hoe — is Uw naam, op de ganse aarde (Ps.8,2); roemrijk, schitterend: een heerlijke toekomst tegemoetgaan;
3. een gevoel van opgetogenheid teweegbrengen, verrukkelijk, aangenaam: een heerlijke zomeravond;
4. zeer smakelijk, lekker: een — maal; als bw.: dat smaakt —;
5. in hoge mate aangenaam, zeer plezierig: de kinderen vinden dat —;
6. van de (lands)heer; de heer toekomend: jachtrecht, het uitsluitend recht van de heer om binnen de grenzen van de heerlijkheid te jagen.