Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Embargo

betekenis & definitie

[Sp. embargar, beslag leggen], o., beslag op schepen van een vreemde mogendheid; bij uitbreiding ook in toepassing op goederenverkeer en oneig. b.v. met betrekking tot voor de pers bestemde mededelingen; op deze stukken rust een embargo tot 20 juni a.s., vóór die datum mogen ze niet gepubliceerd worden.

Oorspronkelijk was embargo een bijzondere vorm van represaille, nl. het aanhouden van schepen van de staat tegen wie de represaille gericht is, die zich in de haven van de staat die de represaille verricht, bevinden. Naast deze betekenis werd de term ook gebruikt voor andere gevallen van aanhouding van vreemde schepen die zich toevallig in de haven bevinden. Later verstond men onder embargo vooral een uitvoerverbod, gericht tegen een of meer bepaalde staten en betrekking hebbende op alle of bepaalde categorieën goederen. In deze betekenis is embargo gewoonlijk bedoeld als politiek pressiemiddel. Het kan deel uitmaken van sancties die uitgaan van internationale organisaties, zoals van de vm. Volkenbond (tegen Italië, zie economische sancties), de VN (tegen Rhodesië, wapenembargo tegen Zuid-Afrika) en de Organisatie van Amerikaanse Staten (tegen Cuba). Buiten het institutionele kader van een internationale organisatie kan genoemd worden het embargo op uitvoer van ‘strategische goederen’ van de VS en hun bondgenoten naar landen van het ‘oostblok’, en het olie-embargo van de Arabische landen tegen de VS en Nederland in 1973.

LITT. I.F.I. Shihata, Destination embargo of arab oil (in: Amer. Journ. of Intern. Law 68, 1974).

< >