Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Doolaard

betekenis & definitie

A. den, eigenlijk: Cornelis Johannes George (Bob) Spoelstra, Ned. letterkundige, *7.2.1901 Zwolle. Den Doolaard was aanvankelijk boekhouder, later journalist.

In 1940 (tijdens de Tweede Wereldoorlog) week hij via Frankrijk uit naar Groot-Brittannië waar hij meewerkte aan de Ned. BBC-uitzendingen (Europa tegen de Moffen, 1946). Den Doolaard debuteerde als dichter met De verliefde betonwerker (1926), waarna nog twee bundels volgden. Hij behoorde door het ‘vitalisme’ van zijn poëzie, dat echter nogal eens omslaat in holle retoriek, tot de Vrije Bladen-groep. Hij verwierf zich een groot lezerspubliek door zijn vele vlot geschreven en van vertellerstalent getuigende avonturenromans, waarvan het decor vaak wordt gevormd door de Balkanlanden.

Werken: De herberg met het hoefijzer (1933), Oriënt-Express (1934), De bruiloft der zeven zigeuners (1939), Land achter Gods rug (1956), Het leven van een landloper (1958; autobiografie) ; De goden gaan naar huis (1966), Ontsporingen (1967), Ogen op de rug (1971), Samen is twee keer alleen (1976).