Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-07-2019

Complex

betekenis & definitie

[Lat. complexus, omvatting],

I. bn., samengesteld, uit ongelijksoortige of ongelijkwaardige delen of factoren bestaand, ingewikkeld: een verschijnsel; (wiskunde) complexe getallen, uit onderling onmeetbare eenheden bestaand; (scheikunde) complexe verbindingen, waarvan de atomen niet als afzonderlijke eenheden optreden, maar min of meer stabiele groepen vormen binnen de molecule of het kristal;

II. zn., o. (-en), samengesteld geheel; een van klanken; een huizen, enige huizen die samen een blok vormen; een van gewaarwordingen, gewaarwordingen die samenhangen, m.n. als term in de psychologie (e).

In de psychopathologie verstaat men onder complex een psychische stoornis, waardoor het denken, voelen, fantaseren van een persoon op onderscheiden gebieden een samenhang vertonen, die bepaald wordt door een zelfde sterke gevoelsbeladenheid. De vergaande uitspreiding van de oorspronkelijke emotionele ervaring die aan de basis van het complex ligt, wordt het beste verklaard als men ervan uitgaat, dat de oorspronkelijke ervaring op jeugdige leeftijd plaatsvond: het jonge kind heeft immers nog weinig vermogen om ervaringen te relativeren of te differentiëren. Op latere leeftijd kunnen zulke ervaringen hun veelal hinderlijke invloed op gedrag en beleving in allerlei situaties en relaties behouden, ook zonder dat de persoon zelf er zich van bewust is. Het meest bekend zijn het castratiecomplex, het minderwaardigheidscomplex en het oedipuscomplex. De term complex heeft m.n. in de psychoanalyse een pregnante betekenis.