Freiherr von, Duits rechtsgeleerde, *20.10.1679 Heidelberg, ♰4.10.1755 Berlijn, zoon van Heinrich von →Cocceji. In 1702 werd hij evenals zijn vader hoogleraar te Frankfort aan de Oder.
Daarna richtte hij zijn aandacht meer op rechtspraak en politiek. In 1723 werd hij Kammergerichtsprasident, in 1727 Pruisisch minister van Oorlog, in 1738 minister van Justitie en in 1747 grootkanselier. De belangrijke hervormingen van het rechtssysteem onder Frederik de Grote van Pruisen, het Projekt des Codicis Fridericiani Marchiani oder Kammergerichtsordnung (1748) was mede zijn werk. (→Kammergerichtsordnung). Werken: Novum systema iurisprudentiae naturalis et romanae (1750).LITT. M.Springer, Die coccejische Justizreform (1914).
