m. (als stofn. o.),
1. gegloeid ijzerdraad waarmee men bij het solderen de stukken bijeenhoudt;
2. stevige katoenen pekdraad in gebruik bij het maken van weefkammen;
3. (bij geribde papiervormen) elk van de beide fijne draden die boven elke brug in de richting daarvan door de draden van het draadgaas heen gevlochten zijn;
4. staaldraad voor de wapening van betonconstructies.