Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 09-03-2019

Berkeley george

betekenis & definitie

George, Iers filosoof en geestelijke, *12. 3.1685 Disert Castle (Ierland), ✝14.1.1753 Oxford. Berkeley, van Engelse afkomst, studeerde aan het Trinity College in Dublin, werd daar in 1706 docent in de theologie en in 1734 bisschop van Cloyne (Zuid-Ierland).

Met Berkeley wijzigt het empirisme van Locke zich in idealisme. Uit Lockes stelling dat alle kennis uit de zintuigen stamt en in feite niet meer is dan een ordening van de waarnemingen, leidt Berkeley af dat er dan ook niet meer is dan wat wij waarnemen. Zo komt hij tot de stoutmoedige uitspraak esse est percipi, d.w.z. zijn is: waargenomen worden.Bijgevolg wijst Berkeley ook Lockes onderscheiding van primaire en secundaire eigenschappen af; alle eigenschappen zijn volgens hem secundair, d.w.z. afhankelijk van de waarnemer. Er is geen van de waarnemer onafhankelijk ding achter de eigenschappen; het ding is louter en alleen dat wat men ziet, voelt, ruikt, proeft en hoort: een complex van voorstellingen (beelden). Het verschil tussen ‘werkelijke’ dingen en gedroomde of ingebeelde dingen ligt volgens Berkeley hierin dat de voorstellingen van de eerste duidelijker en krachtiger zijn dan die van de tweede. Dit komt doordat zij afkomstig zijn van God, die deze beelden als tekens aan de eindige geesten mededeelt in een vaste, bepaalde volgorde, die wij natuurwet noemen.

Werken: An essay towards a new theory of Vision (1769), A treatise concerning the principles of human knowledge (1710), Three dialogues between Hylas and Philonous (1713), Alciphron or the minute philosopher (1732), Siris (1744). Litt. F.Bender, G.Berkeley’s philosophy reexamined (1946); E.J.Warnock, Berkeley (1969).

< >