v./m. (-en), een grote wesp met gesteeld achterlijf.
De behangerswesp, Discoelius zonalis, is geheel zwart, behalve twee smalle gele ringen op het achterlijf. Zij bouwt in holle takken een aantal cellen, gescheiden door opgevouwen smalle bladstrookjes, die zij met de scherpe kaken afsnijdt.