S. herbácea X S. formósa WILLD.
M.-Europa; 80 cm.
Breed uitgroeiende struik met overhangende, vaak kruipende twijgen, opvallend grote bladknoppen en zeer kort gesteelde bladeren, aan de reeds bebladerde twijgen bloeiend met kleine lichtgele katjes.
Twijgen en bladknoppen bruin, eerst zeer spaar-zaam behaard, later kaal. Bladeren tot 1,5 cm lang, aan beide zijden matglanzend donkergroen, ovaal, bladrand zeer zwak getand, top stomp of soms plotseling toegespitst. Bloeit zeer rijk met kleine, meestal opstaande katjes; vruchtbeginsel behaard.