Gepubliceerd op 14-03-2019

Támarix híspida WILLD

betekenis & definitie

W.-Azië; 1,5-2 m.

Synoniem: T. kashgárica LEMOINE.

In afwijking van alle hiervoor genoemde soorten, welke alle onbehaard zijn, heeft deze soort behaarde jonge twijgen en bladeren; de groeiwijze is meer gedrongen, met opgaande, grijs-bruine twijgen. Bladeren een weinig grijs-groen getint, aan jonge twijgen kort toegespitst, bladvoet sterk verbreed. Bloeit van Augustus-September met helderrose bloemen in 6-7 cm lange trossen, welke gewoonlijk eindstandig zijn geplaatst.

< >