Oregon, Californië; 1,25 m.
Synoniem: S. arbúscula GREENE, S. roséa KOEHNE, S. betulifólia PALL. var. roséa GRAY.
Van voorgaande soort afwijkend door behaarde jonge twijgen. Bladeren 3-5,5 cm lang, 2,5-4 cm breed, ovaal, aan de top afgerond, zelden spits, bladrand dubbel gezaagd, vooral boven het midden, onderzijde iets blauw-groen getint en spaarzaam blijvend behaard.
Bloeit in Juni met rose bloemen in tot 6 cm brede eind- en zijdestandige iets bebladerde tuilen.