Gepubliceerd op 15-03-2019

Sórbus torminális CRANTZ

betekenis & definitie

Europa, Kl.-Azië; 25 m.

Synoniem: Torminária torminális DIPP., T.clúsii ROEM., Pýrus torminális EHRH..

Vrijstaande vormt deze soort een statige boom met rond-eivormige kroon, de stam eerst glad, later ruw met kleine schubben. De pas ontloken bladeren vertonen enige overeenkomst met die van Acer saccharínum, doch zij zijn minder diep gelobd, later steviger, glanzend donkergroen, in het najaar zeer mooi verkleurend van geel tot rood.

Sórbus torminális is dan ook een zeer waardevolle parkboom; voorts wordt hij in Z.- en M.-Europa ook als bosboom hoog geschat. Hij komt daar voor in de lagere bergstreken op vruchtbare, kalkrijke gronden tot een hoogte van 650 m.

Twijgen en bladstelen kortviltig behaard, de eerste later kaal, glanzend olijfgroen met grote rond-eivormige, lichtbruine, aan de top iets behaarde, overigens geheel kale knoppen; bladstelen tot 7 cm lang, blijvend spaarzaam behaard; bladeren 7-12 cm lang, 6-11 cm breed, in algemene omtrek breed-eivormig, 3-7-lobbig, de onderste lobben vaak horizontaal afstaand, top en lobben ongelijk gezaagd, eerst bovenzijde spaarzaam behaard, later geheel kaal, onderzijde grijs-groen, langs de nerven blijvend behaard.

Bloeit einde Meibegin Juni in 10-12 cm brede, behaarde tuilen; bloemen 1-2cm in diameter, wit; vrucht tot 1,5 cm lang, bruin met lichte stippen, eetbaar.

< >