O. N.-Amerika; 3 m.
De drie hier beschreven Ilex-soorten, welke in het najaar hun blad verliezen, worden hoofdzakelijk geplant om de mooie, scharlakenrode vruchten welke in het najaar zeer lang de struiken tot sieraad strekken. Men bedenke echter wel, dat hulsten in de regel 2-huizig zijn, zodat men beide soorten, waar het hoofdzakelijk om de mooie vruchten te doen is, in groepen plante en er enkele ♂ exemplaren tussen plaatse. Bij ons wordt Ilex verticilláta een vrij hoge en brede struik met elliptische of ovaal-gevormde bladeren, welke gemiddeld 4-7 cm lang zijn met enkel- of dubbel gezaagde bladrand en toegespitste top, bovenzijde donkergroen en onbehaard, onderzijde iets lichter en langs de nerven kort behaard. Bloeit met kort gesteelde, kleine, witte bloemen, soms alleenstaand, doch gewoonlijk meerdere bijeen; vruchten 5-6 mm lang, bolvormig, scharlakenrood getint.