Gepubliceerd op 15-03-2019

Hydrangéa arboréscens L

betekenis & definitie

O. N.-Amerika; 1-2 m.

Synoniem: H.vulgáris MICHX, H.arboréscens var. urticifólia HORT..

De naam boomvormig opgroeiende Hydrangéa, is enigszins misleidend; toch kan het een vrij hoge struik worden met stevige, bruine takken, tamelijk grote, eironde bladeren, van Juli-October bloeiend met enigszins witte bloemen in min of meer vlakke tuilen; voor kleine groepen of als solitairplant zeer geschikt. Twijgen eerst behaard, later kaal, groen-bruin, afschilferend; bladstelen 3-7 cm lang. Bladeren zeer verschillend van grootte, gemiddeld 6-12 cm lang, aan sterk groeiende twijgen soms tot 20 cm, eivormig, met spitse top, afgeronde of hartvormige bladvoet, gezaagde rand, met grote hoekige tanden, bovenzijde frisgroen, kaal, onderzijde licht-groen, kaal of zeer spaarzaam langs de nerven behaard.

Bloeit van einde Juni af tot einde Juli in 10-15 cm brede tuilen; bloemen aan korte, behaarde bloemstelen, 1,5-2 cm in diameter, eerst groen-wit, later naar bleek geel-wit verkleurend; kelkbladen min of meer driehoekig; kroonbladen spits-eivormig, iets hol staand.

H.a.var.cordáta TORR. et GRAY wijkt van de soort af door iets grotere, eivormige of breed-eivormige bladeren, meestal aan de voet hartvormig; bloeit in Juli en Augustus met groen-witte bloemen in iets gewelfde tuilen, met onvruchtbare randbloemen.
H.a.var.grandiflóra REHD. heeft eivormige of eivormig-elliptische bladeren, aan de basis soms afgerond, meestal hartvormig, met spitse of toegespitste top;

bloemen als bij de soort doch in grotere, gewelfde tuilen, uitsluitend fertiele bloemen; kelkbladen spits.

H.a.var.sterílis TORR. et GRAY. Bloemen alle steriel in grote, gewelfde tuilen, wit, of iets crème-wit; bladeren meestal alle aan de basis hartvormig.

Soort en variëteiten worden gewoonlijk van afleggers gekweekt.

< >