Planten klimmend, met verspreide, haakvormige stekels; bladeren 3-5-tallig; steunblaadjes vrij of aan de basis vergroeid, afvallend; bloemen groot, wit, soms lichtrose gekleurd, meestal alleenstaande, zonder schutbladen; kelkslippen opstaand en gaaf, blijvend;
bottels borstelig gestekeld.