Struiken, opgaand groeiend, soms kruipend, met meestal gekromde, ook met rechte, aan de basis verbrede of tezamengedrukte stekels; zeer zelden met borstels. Bladeren 5-11-tallig; bloemen zeer zelden alleenstaand, meestal in tuilen of meerdere bijeen, met veerspletige kelkslippen, deze na de bloei teruggeslagen en dan spoedig afvallend, of opstaand en tot het rijp worden der bottels blijvend.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk