Japan, China; 12 m.
Synoniem: C. articulátus THUNB..
De rondbladige boomwurger komt bij ons na de gewone boomwurger, C. scándens, wel het meest voor;
het is een van de hoogst groeiende soorten met stevige, grijze takken en bruine twijgen, spaarzaam bezet met lichtgrijze lenticellen. Bladeren 5-8 cm lang en 3,5-5,5 cm breed, bovenzijde donkergroen, onderzijde iets lichter, meestal rond-ovaal, top kort en plotseling toegespitst, bladvoet eveneens plotseling wigvormig toelopend, bladrand klierachtig gezaagd met naar voren gerichte tanden; soms ook elliptisch of omgekeerd eivormig en dan met langer toegespitste top en bladvoet gelijkmatig toelopend.
Bloeit in Juni met groen-gele bloemen in zeer kleine okselstandige trosjes, meestal 3 bloemen bijeen;
vruchten donkergeel, ook na het afvallen der bladeren aan de plant blijvend; zaden met scharlakenrode arillus.