Tsjechisch toneelschrijver, *5.10.1936 Praag. Havel studeerde van 1955-57 aan de Technische Hogeschool in Praag.
In 1960 werd hij dramaturg aan het Divadlo na zabradlich. Hij behoorde tot de kring van agressieve jonge dichters rond het litteraire tijdschrift Tvdr dat in 1965 verboden werd. Hij was een actief woordvoerder van de Praagse Lente en voorzitter van de toenmalige club van onafhankelijke schrijvers. Na de inval van de Russische troepen in 1968 kreeg Havel een publikatieverbod voor alle Oostbloklanden. In 1969 kreeg hij de Oostenrijkse staatsprijs voor Europese letterkunde. In 1977 kreeg hij als ondertekenaar en woordvoerder van Charta 77 een paar maanden huisarrest.
Eind 1979 werd hij wegens ‘staatsgevaarlijke activiteiten’ tot vierenhalf jaar gevangenisstraf veroordeeld. In zijn werken hekelt Havel de bureaucratie, de zinloze mechanisering van de maatschappelijke verhoudingen en de leegte van de politieke woordkramerij in zijn land. Werken: Autostop (1961), Zahradnislavnost (1963; Du. vert. Das Gartenfest, 1967), Vyrozumëni(1965; Du. vert. Die Benachrichtigung, 1967), Ztizena moznost soustfedeni (1968; Du. vert. Erschwerte Möglichkeiten der Konzentration, 1968), Audienz en Vernissage (eenakters: première 1976 te Wenen, Ned. vert. 1977), Protest (1978).
