paus (1978—), Karol Wojtyla, *18.5.1920 Wadowice (Polen); zoon van een officier. Wojtyla ging in 1938 letteren studeren aan de Jagiello-universiteit te Kraków en was verbonden aan de toneelgroep Rapsodisch Theater.
Na de Duitse inval in Polen werd hij tewerkgesteld op een chemische fabriek. In 1942 dook hij onder in het aartsbisschoppelijk paleis, waar hij theologie studeerde. Hij promoveerde in de filosofie aan het Angelicum te Rome, was daarna werkzaam in de zielzorg. Van 1953—58 was hij hoogleraar moraaltheologie in Kraków en Lublin. Wojtyla werd in 1958 hulpbisschop en in 1964 aartsbisschop van Kraków, in 1967 kardinaal. Hij werd 16.10.1978 tot paus gekozen, de eerste niet-Italiaan sinds de Nederlander Hadrianus vi (1522-23).
Op 13.5.1981 werd er bij een audiëntie op het Sint-Pietersplein te Rome door een Turkse fascist een aanslag op hem gepleegd, waarbij hij zwaar gewond raakte. Johannes Paulus staat bekend als iemand met uitgesproken opvattingen over de collegialiteit van de bisschoppen, de taak van de leken en over de verhouding christendom-marxisme. Hij week als paus van het eeuwenoude protocol af, breidde het aantal publieke audiënties uit. In mrt. 1979 vaardigde hij zijn eerste encycliek uit, Redemptor hominis, een soort programma voor zijn pontificaat, waarin hij duidelijk te kennen gaf de lijn van de pausen Johannes xxiii en Paulus vi te willen voortzetten. Opzienbarend was het beleggen van een bijzondere synode van de Ned. bisschoppen te Rome in jan. 1980, waarvan de richtlijnen in Nederland niet zonder meer gunstig werden onthaald. Johannes Paulus pleit voor handhaven van de traditionele katholieke leer, ook ten aanzien van kwesties die binnen de kerkgemeenschap ter discussie staan. Hij streeft naar normale betrekkingen met de communistische landen, maar vraagt respect voor de mensenrechten en dringt aan op een vrije kerk; zijn benoeming van → A.Casaroli tot staatssecretaris was in dezen typerend.