Gepubliceerd op 17-01-2021

Elektrische auto

betekenis & definitie

auto, aangedreven door elektromotoren die hun energie ontvangen van meegevoerde accumulatoren of brandstofcellen. Al in de 19e eeuw bestonden er goede elektrische auto’s, b.v. die van de Belg Jenatzy waarmee in 1899 een snelheid van 100 km/h behaald werd.

Deze auto’s werden verdrongen door auto’s met verbrandingsmotoren die veel goedkoper waren. In de jaren zeventig kwam de elektrische auto opnieuw in de belangstelling, m.n. in verband met de luchtverontreiniging die de auto met verbrandingsmotor in de steden veroorzaakt.De elektrische auto kent twee fundamentele problemen:

1. het grote volume en gewicht van de in accumulatoren of brandstofcellen meegevoerde energievoorraad;
2. de relatief kleine actieradius als gevolg van de kleine vermogens- en energiedichtheid van de accu’s.

Hoewel de bestaande loodaccu's en brandstofcellen steeds verder verbeterd worden en er ook nieuwe typen → accumulatoren in ontwikkeling zijn, moeten hun vermogens- en energiedichtheden zeker nog een factor 10 vergroot worden, wil een elektrische personenauto een reële kans maken ten opzichte van de conventionele auto. Bij autobussen en bestelauto’s (waar de ruimte- en gewichtsproblemen niet zo groot zijn) is men er wel in geslaagd een bruikbare elektrische uitvoering te realiseren. Een onder praktijkomstandigheden geteste elektrische bestelauto heeft in de stad een bereik van 160 km en buiten de stad bij een gemiddelde snelheid van 100 km/h een bereik van 240 km.