Amerikaans psycholoog, *28.2.1918 New York. Ausubel studeerde geneeskunde en psychologie en werkte daarna aan verscheidene Amerikaanse universiteiten.
Hij is vooral bekend door zijn studies op het gebied van de onderwijspsychologie. Met zijn theorie over het betekenisvol, receptief leren (verbanden zien) neemt hij stelling tegen de voorstanders van het associatief leren. De waarde van deze theorie werd door latere studies gerelativeerd. Op het gebied van de persoonlijkheidsontwikkeling moet men Ausubel rekenen tot de egopsychologen, volgelingen van Freud die sterker de nadruk legden op de functies van het ego (m.n. aanpassing aan het milieu). Werken: Theory and problems of adolescent development (1954), Maoriyouth: apsycho-ethnologicalstudy of cultural deprivation (1961), Thepsychology ofmeaningful verbal learning (1963), Educationpsychology: a cognitive view (1968), Psychology in the schools (1969), Readings in school learning (1969), Theory and problems of child development (1970), (met J.D.Norak en H.Hanesian) Educational psychology, a cognitive view (1978).
