Gepubliceerd op 17-01-2021

Basisgroep

betekenis & definitie

v./m. (-en), (ook: basisgemeente), religieus geïnspireerde groepering van mensen ‘aan de basis’ van kerk en maatschappij, onder wie christenen van diverse kerken en ook niet-christenen.

© De basisgroepen hebben duidelijke raakpunten met b.v. → Christenen voor het Socialisme en een beweging als Open Kerk, ontstaan onder roomskatholieken in Limburg na de benoeming van J.Gijsen tot bisschop van Roermond. Er is sympathie voor de Taizégroepen en voor de ^charismatische beweging. De oorsprong van deze beweging ligt in het midden van de jaren zestig, toen allerlei verwachtingen omtrent een andere kerk en maatschappij begonnen op te komen. Centraal staat, dat structuren en patronen in kerk en maatschappij door mensen zijn gemaakt en in stand worden gehouden, en dus ook door mensen kunnen worden veranderd en afgeschaft. De kritische gemeenten zijn vooral uit de studentenecclesia’s voortgekomen. De kwestie van de gehuwde voorganger heeft vaak een belangrijke rol gespeeld bij het ‘kritisch’ worden.

Het initiatief voor oprichting van de Septuagintgroep ging uit van zeventig priesters (o.a. Van Kilsdonk, Oosterhuis, Reuten), die eind 1968 te Amsterdam bijeenkwamen. De groep vormde met buitenlandse groepen van solidaire priesters een actie voor de afschaffing van het verplichte celibaat. Toen dit vraagstuk niet dichter bij een oplossing kwam, evolueerde de groep in algemeen kerk- en maatschappijkritische richting en betrok tevens protestants-christelijke voorgangers bij haar activiteiten.

De Limburgse beweging Open Kerk wilde zich zoveel mogelijk aan de basis doorzetten door het oprichten van plaatselijke afdelingen. Ze wil uitsluitend binnen de bestaande, geïnstitutionaliseerde Kerk handelen.

Internationaal werden de gebeurtenissen in Chili in 1970-73 (regering-Allende) richtinggevend voor de basisbeweging: maatschappijhervorming in socialistische zin, gesteund door christenen. In nov. 1973 kwamen ca. 900 afgevaardigden uit heel de wereld te Lyon bijeen. Daarna ontstonden twee bewegingen: de christelijke basisbeweging en Christenen voor het Socialisme, die in vele landen met elkaar samenwerken zonder ooit samen te vallen.

In Nederland heeft de basisbeweging sinds 1973 een eigen Informatiebrief en sinds 1975 de werkgroep Dienst aan basisgroepen en kritische gemeenten. In 1977 werd een oproep verspreid om te komen tot verdere organisatie en inhoudelijke omschrijving. Mrt. 1978 kwamen uit ca. 80 groepen 700 afgevaardigden naar Amsterdam, de start voor een landelijke beweging. Op een tweede nationaal congres te Amsterdam (mei 1979) kwam de ‘Basisbeweging van kritische groepen en gemeenten’ met een eigen Visie en programma naar voren. In jan. 1981 besloot de Raad van Kerken in Nederland om de basisbeweging op haar verzoek toe te laten als waarnemer (voor een proeftijd van één jaar).

Litt. R.Auwerda, Kerk van onderen (1975); P.Hebblethwaite, Kerk op hol (1977); L.Hoogenbrink en H.Koetsier, Tegen de verdrukking in (1977); H.Oosterhuis, Twee of drie (1979); E.Schillebeeckx, Basis en ambt. Ambt in dienst van nieuwe gemeentevorming (1979).

< >