Zuidafrikaans schrijver en dramaturg, *29.5.1935 Vrede. Na zijn universitaire opleiding in Zuid-Afrika verbleef Brink enige jaren in Parijs.
Van 1963-65 was hij redacteur van het litteraire tijdschrift Sestiger. In 1975 werd hij hoogleraar Afrikaans en Nederlands aan de Rhodesuniversiteit te Grahamstad. Zijn roman Kennis van die aand (1975; Ned. vert. Kennis van de avond, 1977) waarin hij de apartheid aan de orde stelt door middel van een liefdesverhouding tussen een blanke vrouw en een zwarte man, werd in Zuid-Afrika verboden. Naast romans schrijft Brink kritische essays, stukken voor het→ absurd toneel en publiceerde hij reisbeschrijvingen van Italië en Spanje. Werken: Caesar (1961; toneel), Lobola vir die lewe (1962; roman; Ned. vert.
Lobola voor het leven), Die ambassadeur (1963; roman), Bagasie: triptiek vir die toneel (1965; toneel), Orgie (1965; roman), Elders mooi weer en warm ( 1965 ; toneel), Miskien nooit (1967; roman), Aspekte van die nuwe prosa (1967; essay), Die rebelle (1970; toneel), Die verhoor (1972; toneel), Afrikaners is plesierig (1973; toneel), Pavane (1974; toneel), 'n Oomblik in de wind (1975; Ned. vert. 1978), Voorlopig rapport. Beskouings oor die Afrikaanse literatuur van Sewentig (1976; essays), Rumours ofrain (1978; roman; Ned. vert. Geruchten van regen, 1979), Een droog wit seizoen (1980; roman).
