Jazzo - muzikantenslang voor ‘jazzfanaat’.
Hoort thuis in het rijtje modieuze afkortingen dat erg in trek is in jeugdkringen (de zgn. turbotaal), zoals arro, aso, depri, dippo, dombo, dummie enz.
En nu is er niets hipper voor een jazzo dan met Nieuw Hip Stilen of ‘Mo-Tobs’ te improviseren. Vinyl, oktober 1984
Helaas waren de Franse jazzo’s (of hun platenmaatschappij) niet zo slim om - toen jazzo een trend werd - hier doelgericht op in te spelen. Oor, 12-07-86
Nieuwe jazzo’s in Scheveningen. Elsevier, 12-07-86
Jazzo (Eng.) jazzfanaat; jazzo’s zijn er niet zoveel onder de jongeren; vaak zijn het mensen die muziek maken. Cor Hoppenbrouwers: Jongerentaal, 1991