Neologismen

Instituut voor de Nederlandse Taal (2020)

Gepubliceerd op 07-04-2020

keycord

betekenis & definitie

koord waaraan een sleutel of een sleutelbos gedragen wordt en soms ook andere voorwerpen, bijvoorbeeld een mobiele telefoon, een mp3-speler of een camera, en dat meestal om de nek hangt; nekkoord voor sleutels; neklint voor sleutels

De laatste weken van augustus zijn wat dat betreft een feest van herkenning. De nieuwe eerstejaars; ze worden echt elk jaar kleiner. De rinkelende keycords versterken het effect; ze lijken net weggelopen katjes die hun baasje kwijt zijn. Even op het halsbandje kijken waar ze geretourneerd moeten worden. We hebben sinds een paar weken een nieuwe huisgenoot. Vers van het vwo, keycord trots om de hals.
http://www.delta.tudelft.nl/nl/archief/artikel/reprise/1899,

Het lijkt mij handiger om een case te kopen waar een keycord aan bevestigd kan worden. Een stuk steviger en de persoon hoeft hem niet eerst uit een lastig hoesje te halen. Altijd bij de hand.
http://www.onemorething.nl/community/topic/key-cord,

< >