Neologismen

Instituut voor de Nederlandse Taal (2020)

Gepubliceerd op 07-04-2020

daghandelaar

betekenis & definitie

effectenhandelaar die op dezelfde dag koopt en verkoopt

Zo heeft een lange-termijnbelegger aan ASML de afgelopen vier maanden weinig gehad, maar de daghandelaar kon vaak 5 en soms zelfs 10 procent of meer op één dag verdienen, zoals blijkt uit bijgaande grafiek.
Trouw,

R.M. uit Ravenstein is daghandelaar op de beurs, een zenuwslopend secondenwerk. Elke dag sluit R.M. (28) zich op in zijn werkkamer aan de Marktstraat in Ravenstein en neemt plaats achter zes platte beeldschermen. Op één scherm braakt de Amerikaanse zender CNBC de hele dag zakennieuws uit. Een ander scherm laat de realtime-koersen van aandelen zien, een voortdurend zich aanpassende brei van getallen. Op weer een ander scherm geeft een grafiek het verloop van in dit geval de koers van het Franse conglomeraat Vivendi weer.
http://www.stadjeravenstein.nl/index.php?Pagina=Nieuws&actie=ToonBericht&id=108