D.w.z. het is wartaal, onzin, onverstaanbare taal, fr. hd. eng. abracadabra; volgens sommigen afgeleid van het Grieksche [I]ABPACAAABPA,[/I] waarin de C, een oude vorm voor de I, is genomen voor eene [I]K.[/I] Men meent, dat gnostieken dit woord gevormd hebben van het gr. a(5pat;ag of a(3paaa<; (waarvan de verschillende letters ieder een getal aanduiden, wier gezamenlijke waarde 365 is1) en waarmede de 365 openbaringen der Godheid worden bedoeld) en het Hebreeuwsche dabar, woord.
Eigenlijk verstond men onder dit abracadabra een tooverspreuk, bestemd om op perkament geschreven aan een vlasdraad om den hals gedragen te worden als middel tegen koorts, kiespijn, enz. In den vorm waarin de letters geplaatst worden, kan men het denkbeeld van verminderen herkennen:abracadabra
abracadabr
abracadab
abracada
abracad
abraca
abrac
abra
abr
ab
a
Ook konden de beginletters worden weggelaten. Daar deze onder elkaar geschreven woorden onverstaanbaar zijn, kreeg ‘abracadabra’ de beteekenis van wartaal, onzin, in welken zin ik dit woord bij ons aantrof bij Tuinman I, 247; C. Wildsch. III, 158: ‘Hevige, tedere, belanglooze liefde’ is voor haar abra cadabra; Janus, 48; 165.
Volgens anderen is abracadabra ‘nur der nach analogie geläufiger palindrome zur rollender Zauberformel gemachte anfang des lateinischen alphabets’.