NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 06-05-2022

Krijthe, hendrikus comelis josephus

betekenis & definitie

KRIJTHE (Hendrikus Cornelis Josephus), geb. 19Sept. 1825 te Arnhem, overl. 16 Mei 1902 te Coevorden. Van beroep landbouwer, woonde hij achtereenvolgens te Laar (Hannover), Stad Hardenberg en Coevorden; in laatstgenoemde plaats, waar hij zich in 1892 vestigde, was hij gehuwd met Johanna Everdina Boerrigter, een Duitsche van geboorte, bij wie hij twee kinderen had. Men noemde hem den ‘boeren-wijsgeer’. Zonder wetenschappelijk onderlegd te zijn, had hij zich door veel lezen en nadenken veel kennis verworven. Daarbij had hij een helder en zelfstandig oordeel en oefende gaarne critiek. Opkomende voor wat hij als waarheid en recht beschouwde, placht hij niets of niemand te ontzien. Tal van brochures en vlugschriften zagen van zijne hand het licht, als: Een stem uit Duitschland aan Z.M. Willem III na zijn beëediging (Zierikzee 1849); Om der waarheid wille. Open briefaan Mr. C.W. Opzoomer (Coevorden 1874); Een fragment. Het Ned. Protestantenbond ten geschenke aangeboden (Zwolle 1875); Iets overde staatsschool. Een volksstem uitNoord- Nederland (Assen 1876); Open briefaan Z M. Willem III (Assen 1876); Opzoomer, Rauwenhoff. Tweeopenbrieven. I. Onze godsdienst. II. Idealisme zonderideaal (Haarlem 1880); Carolina ofderoepingder vrouw (1882); Philosophische overdenking over het Universum. Overdruk uit ‘Morgenrood (A'dam 1896), en De weg totgeluk. Eene lezing. Meteen inleidend woord van H.C. Muller (Amsterd. 1899). Voorts bijdragen in de Levensbode, de Dageraad, Recht vooralen enz. Eindelijk nog een paar bundels verzen, duitsche en hollandsche, benevens: Dr. H.U. Meybooms en W.M. Saters ‘Waardeerende uitspraken’aangaande de Beginselen derSociaaldemocratie (z.j.)

Zie: Morgenrood 1894, No. 37, met portret; CoevorderCourant 31 Mei 1902.

Zuidema

< >