KLUPPEL (Karel Lodewijk), geb. te Delft 24 Dec. 1792, gest. te Eibergen 18 Juni 1852, werd in 1824 notaris te Den Helder, waar hij in zijn snipperuren verzen begon te maken (zie voorrede II, Ernsten Luim, A'dam 1841). Later werd hij in gelijke betrekking te Amsterdam (Aug. 1840) benoemd en bleef daar als notaris werkzaam tot Mei 1848.
Hij schreef: De Loods, fragm. in dichtmaat (Helder 1835); Fabelen en vertelsels in dichtmaat, benevens uitgelezene gedachten van vermaarde mannen en vrouwen (Amst. 1835); Ernstenluim. Dichtstukjes (Amst. 1841); Mengelpoëzy (Dev. 1850); Gedachten en beelden, benevens logogyphen en charaden. Proza en poezy (Dev. 1852).
Zie: RegisterderProtokollen van Notarissen (Amst. 1860) i.v.
Greebe