Natuurdiëtisten Nederland

Marijke de Waal Malefijt (2020)

Gepubliceerd op 08-08-2022

De belangrijkste oorzaak van blindheid is glaucoom

betekenis & definitie

Glaucoom is een chronische aandoening van de oogbol. Naar schatting lijden ruim 60 miljoen mensen aan deze aandoening. Naarmate men ouder wordt, neemt de kans op glaucoom ook toe. Omdat men steeds ouder wordt, zal in de toekomst het aantal mensen met glaucoom nog verder stijgen.

Bij glaucoom gaan de zenuwvezels van de oogzenuw geleidelijk aan verloren. Eén van de oorzaken is een verhoogde oogdruk, doordat het vocht binnenin het oog niet kan worden afgevoerd. Hierdoor wordt de bloedvoorziening van de oogzenuw afgekneld en raken de netvliescellen en de oogzenuw beschadigd.

Mensen met deze aandoening krijgen te maken met blinde vlekken, die ook wel ‘gezichtsvelddefecten’ worden genoemd. Die blinde vlekken worden steeds groter als het glaucoom niet wordt behandeld. Zonder behandeling ontstaat heel langzaam, vaak pas na jaren, blijvend verlies van het gezichtsveld met uiteindelijk blindheid tot gevolg.

Soorten glaucoom
Er zijn verschillende soorten glaucoom:
1. Open kamerhoekglaucoom. Deze vorm van glaucoom komt het meest voor. U heeft dan een beschadigde oogzenuw, een verhoogde oogdruk en een beperkt gezichtsveld.
2. Normale oogdrukglaucoom. Hierbij heeft u schade aan de oogzenuw en een beperkt gezichtsveld, maar geen verhoogde oogdruk.
3. Nauwe of gesloten kamerhoekglaucoom. Deze vorm van glaucoom zorgt voor een verhoogde oogdruk en komt vooral voor bij mensen die sterk verziend zijn. Nauwe of gesloten kamerhoekglaucoom kan chronisch of acuut zijn. Bij acuut glaucoom is het belangrijk dat u snel behandeld wordt.
4. Aangeboren glaucoom. Deze vorm is het zeldzaamst. Hierbij ontstaat er hoge oogdruk, een troebel hoornvlies en schade aan uw oogzenuw.

Acuut en langzaam optredend glaucoom
Glaucoom kan langzaam of acuut ontstaan. De symptomen van deze twee vormen van glaucoom verschillen.

Bij glaucoom dat langzaam ontstaat is er geen pijn en wordt het gezichtsveld stukje bij beetje kleiner.
Hierbij zijn drie fasen van gezichtsuitval te onderscheiden:
1. In het begin zijn er over het algemeen geen klachten van gezichtsverlies, omdat de eerste uitval meestal plaatsvindt aan de randen. U ziet niet alles meer, maar dat merkt u zelf niet. Dit komt doordat de hersenen de ontbrekende stukken in uw gezichtsveld invullen.
2. Na verloop van tijd wordt de onscherpe rand steeds breder. Dit wordt koker-zien genoemd. Hierdoor loopt u vaker tegen dingen aan of ziet u voorwerpen niet aankomen, omdat ze buiten uw gezichtsveld vallen. Bij autorijden kan een weggebruiker zich dan in uw ‘blinde vlek’ bevinden. En bij werken met de computer kan het lastig zijn om de cursor op het beeldscherm te vinden.
3. In een vergevorderd stadium kunt u ook in het midden niet meer scherp zien. Dit veroorzaakt veel problemen, omdat u geen details meer kunt onderscheiden, waardoor bijvoorbeeld lezen lastig wordt.
De symptomen van de gezichtsuitval door langzaam optredende glaucoom kunnen variëren van geen klachten hebben tot het ontbreken van onderdelen of details in het gebied van de uitval of wazig zien.

Als het glaucoom plotseling ontstaat, veroorzaakt dat hevige pijn in en rond het oog, gaat men wazig zien, is het oog rood en dof, krijgt men hoofdpijn en wordt men misselijk. Men moet hier zo snel mogelijk naar laten kijken door een oogarts.

Op tijd behandelen
In Nederland is bij ongeveer 100.000 mensen glaucoom geconstateerd. Maar in werkelijkheid zijn dat er waarschijnlijk minstens 200.000. Vaak weet men niet dat men glaucoom heeft, omdat het heel geleidelijk ontstaat en men in het begin niet of nauwelijks klachten heeft.

Glaucoom is goed te behandelen als de behandeling van glaucoom tijdig wordt gestart. De schade die aan de oogzenuw is ontstaan, kan namelijk niet meer worden hersteld, alleen afgeremd of gestopt. De huidige behandeling bestaat uitsluitend uit het verlagen van de oogboldruk.

Risicofactoren glaucoom
• Ouder worden, meestal treedt de ziekte op vanaf 40 jaar;
• Zwaar bijziend of verziend zijn (een sterke min- of plus-bril hebben);
• Een te hoge of te lage bloeddruk;
• Erfelijkheid.

Cafeïne en glaucoom
Bij de ontwikkeling van glaucoom blijkt erfelijkheid ook een rol te spelen. Erfelijke aanleg voor glaucoom, kan niet worden getest.
Bij personen met een genetische gevoeligheid voor een verhoogde intra-oculaire druk (oogboldrukwaarde boven 21 mmHg), is de inname van cafeïne geassocieerd met glaucoom.
Dit bleek uit een Cross-sectional study met deelnemers van 39-73 jaar. Hierbij werden gegevens gebruikt van meer dan 121.000 deelnemers van de UK Biobank.

Mensen met een genetische gevoeligheid hadden, bij een cafeïne-inname van meer dan 480 mg per dag, met 0,35 mmHg een significant hogere oogboldruk ten opzichte van personen met een lage inname van cafeïne (minder dan 80 mg per dag). De genetische gevoeligheid leidde ook tot bijna vier keer zoveel kans op glaucoom bij een cafeïne-inname van meer dan 321 mg per dag).
Cafeïne bleek geen invloed heeft op de intra-oculaire druk en het risico op glaucoom in een doorsnee populatie.

Vitamine B3 zinvol bij glaucoom
Uit onderzoek is gebleken dat suppletie met nicotinamide (vitamine B3) leidt tot een significante verbetering van de netvliesfunctie bij personen met glaucoom. Mensen met de aandoening bleken verlaagde concentraties nicotinamide-adenine-dinucleotide (NAD+) te hebben. Vitamine B3 kan als voorloper van NAD+ bijdragen aan een verbetering van de retinafunctie, zo bleek uit de resultaten.

Vitamine C
De vitamine C-metaboliet O-methylascorbaat blijkt te beschermen tegen een verhoogde oogdruk, zo bleek uit de TwinsUK studie waaraan 1763 proefpersonen deelnamen. Er bleek een significant verband te bestaan tussen de O-methylascorbaatconcentratie en de intraoculaire druk. Hoe hoger de concentratie van deze vitamine C-metaboliet, hoe lager de oogdruk.

Naast O-methylascorbaat en vitamine B3 zijn ondersteunend bij glaucoom:
• Vitamine A (orgaanvlees, vette vis, eieren, boter en zuivelproducten);
• Omega 3 vetzuren EPA/DHA, (vette vis, plantaardige olie, walnoten);
• Astaxanthine (zalm, forel, garnaal, krab, zeekreeft en rivierkreeft);
• Alfaliponzuur (lever, spinazie en broccoli);
• Magnesium (avocado’s, noten, peulvruchten, tempeh, zaden, volkorengranen, bananen en groene bladgroenten );
• Curcumine. Ontsteking speelt bij veel oogaandoeningen een belangrijke rol. In twee klinische studies resulteerde curcuminesuppletie in een significante verbetering van de oogconditie bij in totaal 154 proefpersonen met chronische uveitis anterior.
• Ginkgo biloba. Ginkgo-extract kan bij diverse oogaandoeningen worden gebruikt, waaronder glaucoom. Ook bij aan diabetes gerelateerde slechtziendheid (door verstoring van de doorbloeding van het oog), veroudering of loslating van het netvlies en staar kan ginkgo-extract tot verbetering van de gezichtsscherpte leiden.

Is glaucoom positief te beïnvloeden via onze darmen?
In de dikke darm bevindt zich het uit miljarden bacteriën, schimmels en gisten bestaand microbioom. Belangrijke functies hiervan zijn de bescherming tegen ziekteverwekkers en de vertering van vezels. Het microbioom geeft veel informatie over voeding, vitamines en het afweersysteem.
Door veranderingen in het microbioom vast te leggen en te begrijpen, kan meer inzicht worden verkregen in de achterliggende mechanismes bij het ontstaan van onder andere glaucoom.

Er is toenemend bewijs dat de progressie van oogziekten geassocieerd is met een veranderde microbacteriële samenstelling. Eerder werd aangenomen dat gastheer-microbe-interacties in bijvoorbeeld het oog, steriel waren.
In een onderzoek werd inmiddels echter een gering aantal intraoculaire microbiota gevonden.

In een overzichtsstudie werden het bestaan van een darm-oog-as, oculaire infecties en ontstekingscondities geconstateerd. De resultaten suggereren dat de samenstelling en functie van intra-oculaire microbiota overeenkomen met de verschillende oogziekten. Er moet echter nog meer onderzoek worden verricht op dit gebied.

Natuurlijke behandeling van glaucoom: PEA
Palmitoylethanolamide (PEA) is een vetzuuramide dat van nature voorkomt in het menselijk lichaam. Onze lichaamscellen maken PEA aan als antwoord op een schadelijke prikkel.
PEA heeft drie hoofdfuncties in het lichaam: celbescherming, ontstekingsremming en pijnstilling. Voedsel (voornamelijk eieren, pinda’s, soja, vlees, vis en orgaanvlees) bevat kleine hoeveelheden PEA.

Gerandomiseerde dubbelblinde studies toonden aan dat het natuurlijke PEA de oogboldruk kan verlagen en daarnaast goed is voor de bloedvaten van de ogen, terwijl ook het netvlies beschermd wordt tegen verdere schade. PEA heeft zelfs de potentie om de schade ook te repareren.

Uit een crossoverstudie met veertig personen, met stabiele glaucoom, gemiddelde leeftijd 67 jaar, bleek dat suppletie met PEA het functioneren van de ganglioncellen in het netvlies verbetert. Na behandeling met PEA bleken deze significant beter in staat elektrische impulsen door te geven. Ook de oogboldruk was na de behandelperiode met gemiddeld 1,6 mmHg significant lager dan na de controleperiode.

Er zijn geen negatieve interacties waargenomen van PEA met reguliere medicatie. PEA kan dus zonder bezwaar naast voorgeschreven medicatie gebruikt worden.