(Lat. pomum = boomvrucht), Romeinse godin der boomvruchten. Door haar schoonheid trok zij de belangstelling van bos- en veldgoden, totdat Vertumnus in de gedaante van een oude vrouw, haar wist te overreden om op zijn aanzoek in te gaan.
Zij werd zijn gemalin. Een afzonderlijke priester, de Flamen Pomonalis geheten, onderhield te Rome haar eredienst. (Ov.XIV,623).ICONOGRAFIE Pomona werd voorgesteld met een snoeimes in de hand en voornamelijk door de schilders der renaissance en het maniërisme.
Zie Vertumnus