Wijze waarop, bij den zang, het allereerste begin van den toon of een vocaal wordt voortgebracht. Men onderscheidt:
1e. den vasten aanzet (glottis-slag), waarbij als het ware de klank ontploft:
2e. den weeken aanzet (spiritus lenis)) waarbij de toon minder plotseling ontstaat en de stembanden geleidelijk in trilling worden gebracht.
3. den geaspireerden aanzet, waarbij een lichte h vooruitgaat .
Zie verder de speciale werken en methoden over de zangkunst. Zie ook Zangkunst.