watten - zelfstandig naamwoord
uitspraak: wat-ten
1. zachte, pluizige katoenen massa
♢ ik gebruik een pluk watten om mijn gezicht schoon te maken
1. iemand in de watten leggen
[hem overdreven voorzichtig behandelen, hem verwennen]
2. watten in je hoofd hebben
[duf zijn, niet goed kunnen denken]
Zelfstandig naamwoord: wat-ten
Gepubliceerd op 14-11-2017
watten
betekenis & definitie