onderst - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: on-derst
1. wat het laagst ligt
♢ de handdoeken liggen op de onderste plank
1. al kwam de onderste steen boven ...
[in geen geval]
2. al moest de onderste steen boven komen, het zal me lukken
[ik doe er alles aan om het te laten lukken]
3. wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het deksel op zijn neus
[waarschuwing voor mensen die erg begerig zijn]
4. hij wil altijd het onderste uit de kan hebben
[het meeste, meer dan alle anderen]
Bijvoeglijk naamwoord: on-derst
de/het onderste ...
Tegenstellingen
bovenst, opperst
Gepubliceerd op 14-11-2017
onderst
betekenis & definitie