klooster - zelfstandig naamwoord
uitspraak: kloos-ter
1. gebouw waarin mensen zich helemaal aan het geloof wijden
♢ in dit klooster wonen nog 100 nonnen
Zelfstandig naamwoord: kloos-ter
het klooster
de kloosters
het kloostertje
Synoniemen
abdij
Gepubliceerd op 14-11-2017
klooster
betekenis & definitie