bisschop - zelfstandig naamwoord
uitspraak: bis-schop
1. hoofd van de katholieke priesters in een bepaald gebied
♢ de bisschop droeg een mijter
Zelfstandig naamwoord: bis-schop
de bisschop
de bisschoppen
het bisschopje
Gepubliceerd op 14-11-2017
bisschop
betekenis & definitie