bewaken - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-wa-ken
1. goed op iemand of iets passen
♢ de politie bewaakt het paleis van de koningin
Regelmatig werkwoord: be-wa-ken
ik bewaak
jij/u bewaakt
hij/zij bewaakt
wij/zij/jullie bewaken
ik/jij/u/hij/zij bewaakte
wij/zij/jullie bewaakten
hij heeft bewaakt
de/het/een bewaakte ....
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk