Gepubliceerd op 02-01-2020

Boerderijen in Schoonebeek

betekenis & definitie

Boerderijen. Mede door de vrij geïsoleerde ligging van het dorp en de zuidwaartse verschuiving van de dorpskern zijn drie van de vier boerderijlinten in Schoonebeek opmerkelijk gaaf bewaard gebleven.

Het gaat daarbij om op de kop van langgerekte kavels geplaatste hallenhuisboerderijen aan beide zijden van de weg. Kenmerkend voor deze boerderijen met langsdeel is het gebruik van Bentheimer zandsteen voor de plinten en in sommige gevallen voor de omlijsting van de achterbaanders.

Ook typerend is het gebruik van vakwerk, houten topgevels en decoraties in de vorm van geknoopt stro. Bijschuren voor de hooiberging en stenen waterputten dragen bij aan de schilderachtigheid van het geheel.Als museum ingericht is de boerderij Burgemeester Osselaan 5, waarvan het oorspronkelijke interieur goed is bewaard. Tegen het woongedeelte van de in opzet uit de 17de eeuw stammende boerderij staat een houten schuur uit 1887. Ervoor staat een door O. de Ruiter vervaardigd beeld van de ‘Zandstrooister’ (1984), dat herinnert aan het in deze streek vroeger gebruikelijke strooien van een zandtapijt. De boerderij Europaweg 12 heeft een zandstenen omlijsting van de achterbaander en is gedateerd ‘1834’. Op het erf staat een hooischuur annex schaapskooi met een 18de-eeuwse ankerbalkconstructie. Middendorp 15 is een met riet gedekte hallenhuisboerderij, waarvan het voorhuis uit circa 1780 een steil, overkragend wolfdak heeft.

Opmerkelijk zijn de drie onder één golvend rieten dak gebouwde agrarische woonhuizen Middendorp 14-18 uit circa 1800. De uit 1849 daterende boerderij Middendorp 10, waarvan het voorhuis een zandstenen plint heeft, is mogelijk gebouwd naar Duits voorbeeld. Landschappelijk van hoge waarde zijn de buurtschappen Oostersebos en Westersebos, elk met een groepering van hoeven zonder afscheidingen op een ruim beplant terrein tussen hoog opgaand geboomte. De boerderij Westersebos 23 heeft boven de zijdeuren de dateringen ‘1722’ en ‘1762’. Mogelijk in de 19de eeuw heeft men tegen de kopse zijde van het voorhuis een schuur met zijbaander gebouwd. De boerderij Westersebos 30, met de datering ‘1787’, heeft een woonhuisgevel in vakwerk met baksteenvulling en een schuurgevel met houten geveltop.

Op het erf staan twee schuren met 18de-eeuwse ankerbalkgebinten. Eveneens deels in vakwerk uitgevoerd en van 18de-eeuwse oorsprong zijn Westersebos 5, 11-13 en 26. Westersebos 12-14 is een goed voorbeeld van een dubbele boerderij, met de beide woonhuizen in het midden. De fraaie hallenhuisboerderij Oostersebos 4 bevat waarschijnlijk een 18de-eeuwse kern, maar is begin 19de eeuw verbouwd. Op het erf staan twee bijschuren met 18de-eeuwse ankerbalkgebinten. Een zandstenen put met houten mik completeert het complex.

De boerderij Oostersebos 17 heeft eveneens een 18de-eeuwse kern en een 18de-eeuwse schuur. De boerderij Oostersebos 11, met achterbaander en onderschoer, is gedateerd ‘1828’, maar de kern is waarschijnlijk ouder. 't Oale hoes (Oostersebos 8) is een deels in vakwerk gebouwde boerderij uit circa 1850, voorzien van een met riet gedekt wolfdak en een 18de-eeuwse schuur. Tegen het woongedeelte van de mogelijk 18de-eeuwse boerderij Oostersebos 13-15 is begin 19de eeuw een schuurgedeelte met zijbaander gebouwd.

< >