Gepubliceerd op 12-12-2017

Albert Verwey

betekenis & definitie

Met deze twee en enkele andere letterkundigen richtte Verwey in 1885 het tweemaandelijkse literaire tijdschrift De Nieuwe Gids op, waarvan de eerste aflevering in oktober van dat jaar verscheen en waaraan Verwey behalve als redacteur ook als redactiesecretaris meewerkte.

Een conflict over de te volgen koers van De XXe Eeuw noopte Verwey in 1904 uit de redactie te stappen, die hij vanaf de oprichting van het Tweemaandelijksch Tijdschrift samen met Van Deyssel had gevormd en een eigen tijdschrift op te richten: De Beweging, algemeen maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en staatkunde.

Verhoudingsgewijs publiceerde De Beweging veel poëzie: behalve van Verwey zelf, vindt men in de jaargangen bekende namen terug van Van Eyck, Bloem, Van Vriesland, Nijhoff en Marsman; Verwey bleef echter de centrale figuur die de toon bepaalde met boekbesprekingen, essays en kritische artikelen over poëzie, ook internationaal: Verwey werd in die tijd sterk beïnvloed door dichters als de Duitser Stefan George.

"Toon" en "Klank", geënt op de "Van binnenuit inspirerende idee" waren sleutelbegrippen in zijn poëzie, in een niet onbelangrijk deel waarvan de nauwe verwantschap die hij zag tussen literaire kunst en andere uitingen van artisticiteit en scheppingsdrang, vooral de schilderkunst van de 17e eeuw, doorklinkt, een overtuiging, waardoor Verwey zich ook in zijn werk als criticus heeft laten leiden.

In de periode van "De Beweging" was Verwey ongetwijfeld een van de meest gezaghebbende figuren binnen de Nederlandse letteren.

De briefwisseling tussen Lodewijk van Deyssel en Albert Verwey.

< >