Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Gepubliceerd op 28-11-2017

Rombout

betekenis & definitie

Zie voor het eerste lid van deze Germaanse naam bij Rombert en Rommert; het tweede lid is -bout, -bald, 'stoutmoedig' (zie -bald-). Heiligennaam: Rombout, martelaar eind 8e eeuw.

Hij wordt voor het eerst vermeld in de 9e eeuw (hij wordt ook Rom(u)ald(us) genoemd, zodat Rom-bald en Rom-wald door elkaar lopen); kerkelijke feestdag: 1 juli. Patroon van het aartsbisdom Mechelen, van de stad en de kathedraal.

< >