Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Gepubliceerd op 28-11-2017

Aurora

betekenis & definitie

Lat. aurora 'morgenstond, het oosten', verwant met aurum 'goud'. Aurora was de godin van de morgenstond.

Vgl. Oudindisch usra 'morgenrood' (met invoeging van t tussen de s en r, vinden we het woord terug in Duitsland Ostern, Engels Easter 'Pasen'). De Franse heilige, Ste.-Aure of Aurée was de eerste abdis van het klooster St.-Martial in Parijs, gesticht door St.-Eligius (Eloi) in 633; kerkelijke feestdag: 4 oktober.