1. een te geringe hoeveelheid sperma per zaadstorting: vgl. aspermie en zaadstorting1;
2. meestal bedoelt men een te laag gehalte aan zaaddiertjes in het zaad: (veel) minder dan 30 millioen per c.c. zie ook azoöspermie, necrospermie, onvruchtbaarheid en zaadvocht.