Weren
I.(weerde, heeft geweerd), 1. tegenhouden, keren: de vliegen van zich weren; het water weren; — de vijand weren, terugslaan, beletten op te trekken; — een onheil weren, afwenden; — buiten zekere grens of kring houden : al te nieuwsgierige bezoekers worden geweerd ; de joden werden geweerd ; 2. ...