Gepubliceerd op 03-03-2017

Concentratiewijk

betekenis & definitie

Wijk waar - volgens de definitie van het Sociaal en Cultureel Planbureau - het bevolkingsaandeel van de minderheden groter is dan hun aandeel in de stadsbevolking als geheel.

In zo'n wijk wonen relatief veel laag­ opgeleide allochtonen met een sociale achterstand, meestal gemengd met autochtonen die weinig verdienen. Een concentratiewijk is niet te vergelijken met een getto, waar de armoede groot is en de leefomstandigheden beneden peil zijn. De meeste bewoners van een concentratiewijk verkeren niet in een positie om gemakkelijk te integreren in de samenleving en het ontbreekt hun vaak aan mogelijkheden tot verbetering op de ar­beidsmarkt. De werkloosheid is relatief hoog. De criminaliteit is er gemiddeld hoger, zodat men er eerder mee in aanraking komt.

Door de criminaliteit verloedert de openbare ruimte er sneller. De basisscholen in dit soort wijken lopen een grote kans geheel 'zwart te worden (zie zwarte school ), omdat autochtone ouders hun kinderen naar scholen in een andere wijk sturen (zie witte vlucht'° ). De leefbaarheid van concentratiewijken staat dus onder spanning en bij bewoners heerst dan ook vaak een gevoel van onbehagen.

Toch blijkt ook uit onderzoek dat het wonen in een concentratiewijk voor veel allochtonen ook iets positief heeft: aangezien zij meer hun eigen levensstijl erop na kunnen houden, levert het wonen in de Nederlandse samenleving minder identiteitsproblemen op. Toch ziet de overheid voornamelijk problemen in concentratiewijken. Etnische segregatie heeft hoe dan ook ongewenste negatieve sociale gevolgen. Een effectief spreidingsbeleid blijkt vooralsnog meestal op politieke en praktische bezwaren te stuiten. Concentratiewijken zijn vooral te vinden in de grote steden. Bekend zijn Kanaleneiland en Lombok (Utrecht), Schilderswijk (Den Haag), Amsterdam-Zuidoost en Nieuw-West, en Spangen (Rotterdam).

< >