Gepubliceerd op 30-04-2019

BOSMA, WIM

betekenis & definitie

BOSMA, WIM - Autodidact. Wandschilderingen, o.a. op Schiphol en de schepen van de „Nederland". Hij is lid van „De Onafhankelijken".

Bewonderaar der moderne techniek. Ook bloemstillevens als onder¬werpen. Tentoonstelling „Kunst van Heden", Rijks¬museum, 1939, Haven- en Stadsgezicht. Litt. K. Nie¬haus „Levende Nederlandsche Kunst". Woont te Amsterdam.

< >